Share

Het overwinteren van de franse geranium

Het succesvol overwinteren van je franse geranium (Pelargonium grandiflorum) is een essentiële vaardigheid voor elke serieuze tuinier die jaar na jaar van deze prachtige planten wil genieten. Aangezien deze soort van oorsprong uit Zuid-Afrika komt, is ze absoluut niet bestand tegen de vrieskou van ons klimaat. Zonder de juiste bescherming zal de eerste serieuze nachtvorst fataal zijn. Het overwinteringsproces is meer dan alleen de plant naar binnen verplaatsen; het vereist een zorgvuldige voorbereiding in de herfst, de juiste omstandigheden tijdens de wintermaanden, en een geleidelijke herintroductie in het voorjaar. Een correct uitgevoerde overwintering resulteert niet alleen in het overleven van de plant, maar legt ook de basis voor een nog krachtigere en rijkere bloei in het volgende seizoen.

De voorbereiding op de winterrust begint al in de late zomer en vroege herfst. Vanaf eind augustus is het raadzaam om de bemesting geleidelijk af te bouwen en in september volledig te stoppen. Dit signaleert aan de plant dat het groeiseizoen ten einde loopt en dat het tijd is om de groei te vertragen en zich voor te bereiden op een rustperiode. Het stimuleren van nieuwe, tere groei in de herfst is ongewenst, omdat deze scheuten extra kwetsbaar zijn voor kou en ziekten. Verminder tegelijkertijd ook de frequentie van de watergift, en laat de potgrond tussen de gietbeurten door goed opdrogen.

Voordat de eerste nachtvorst wordt voorspeld, meestal in oktober, is het tijd om de plant naar haar winterverblijf te verplaatsen. Voer voor de verhuizing een grondige inspectie uit. Controleer de plant nauwgezet op de aanwezigheid van plagen zoals bladluis, witte vlieg of spint. Behandel eventuele plagen grondig voordat de plant naar binnen gaat, om te voorkomen dat ze zich in de beschutte winteromgeving verspreiden naar andere overwinterende planten. Verwijder ook alle gele of dode bladeren en uitgebloeide bloemen om de kans op schimmelziekten, zoals botrytis, te minimaliseren.

Een forse snoeibeurt is een cruciale stap in de voorbereiding. Snoei de plant met een schone, scherpe snoeischaar terug tot ongeveer 10-15 centimeter boven de potgrond. Hoewel dit drastisch kan lijken, heeft het meerdere voordelen. Een compacte plant is makkelijker te hanteren en neemt minder ruimte in. Bovendien vermindert het de verdamping via het blad en verkleint het de kans dat de plant tijdens de wintermaanden last krijgt van schimmels of plagen. Zorg ervoor dat er op de overgebleven stengels nog enkele knopen (verdikkingen) zitten, van waaruit de plant in het voorjaar weer kan uitlopen.

Na de snoeibeurt is het ook aan te raden om de meeste van de resterende bladeren te verwijderen. Een bijna kale plant heeft minder energie nodig om te overleven in de donkere en koele wintermaanden en zal minder snel last hebben van ziektes. Het kan tegennatuurlijk aanvoelen om een plant zo kaal te maken, maar voor de Pelargonium grandiflorum is dit de beste strategie om de winter succesvol door te komen. De plant gaat in een diepe rust en zal al haar energie opslaan in de wortels en de overgebleven stengels voor een krachtige start in het voorjaar.

De ideale overwinteringslocatie

De keuze van de juiste overwinteringslocatie is bepalend voor het succes. De ideale plek is koel, licht en, bovenal, vorstvrij. Een temperatuur tussen de 5 en 10 graden Celsius is perfect. Bij deze temperatuur gaat de plant in een volledige ruststand (dormantie) zonder dat ze wordt aangezet tot nieuwe, zwakke groei. Een te warme overwintering, bijvoorbeeld in een verwarmde woonkamer, zal resulteren in lange, slappe, lichtgroene scheuten die de plant uitputten en erg vatbaar zijn voor bladluis.

Voldoende licht is eveneens belangrijk. Hoewel de plant in rust is, heeft ze nog steeds licht nodig voor een minimale fotosynthese om te overleven. Een onverwarmde slaapkamer, een koele serre, een garage met een raam op het noorden of een lichte kelder zijn vaak geschikte locaties. Een volledig donkere opslag is niet ideaal voor de franse geranium, in tegenstelling tot sommige andere kuipplanten die volledig in het donker kunnen overwinteren. Als de beschikbare ruimte te donker is, kan het gebruik van een groeilamp voor enkele uren per dag een oplossing bieden.

Zorg voor een goede luchtcirculatie op de overwinteringsplek. Zet de planten niet te dicht op elkaar en probeer de ruimte af en toe te ventileren op een vorstvrije, zonnige dag. Een goede ventilatie helpt om de luchtvochtigheid laag te houden en vermindert de kans op schimmelproblemen aanzienlijk. Een stilstaande, vochtige omgeving is een recept voor problemen zoals grauwe schimmel (botrytis), die zich snel kan ontwikkelen op de slapende planten.

De relatieve luchtvochtigheid van de ruimte moet idealiter laag zijn. Een vochtige kelder is bijvoorbeeld minder geschikt, tenzij er goede ventilatie is. Controleer de planten gedurende de wintermaanden regelmatig, ongeveer eens per maand, op tekenen van uitdroging, schimmel of ongedierte. Wees proactief en verwijder onmiddellijk elk aangetast deel van de plant om verdere verspreiding te voorkomen. Een maandelijkse controle is een kleine moeite die het verschil kan maken tussen overleven en afsterven.

Verzorging tijdens de winterrust

De verzorging tijdens de wintermaanden is minimalistisch, maar vereist wel aandacht. De grootste fout die gemaakt wordt tijdens de overwintering is het geven van te veel water. Omdat de plant in rust is en nauwelijks blad heeft, is de verdamping minimaal. De waterbehoefte is dan ook zeer laag. Het is voldoende om de potkluit net niet volledig te laten uitdrogen. Een kleine scheut water eens in de drie tot zes weken is doorgaans genoeg.

De exacte frequentie van water geven hangt af van de temperatuur en de luchtvochtigheid op de overwinteringslocatie. De beste methode is om de grond te controleren. Als de potgrond tot diep in de pot kurkdroog aanvoelt, geef dan een klein beetje water, net genoeg om de kluit licht te bevochtigen. De grond moet tussen de gietbeurten door volledig kunnen opdrogen. Het is altijd beter om aan de droge kant te blijven dan aan de natte kant. Bemesten is in de winterperiode absoluut taboe; dit zou de plant alleen maar verstoren en verzwakken.

Blijf de planten gedurende de winter inspecteren. Let op tekenen van leven, maar ook op problemen. Soms kunnen er dunne, bleke scheuten ontstaan, vooral als de temperatuur iets te hoog is. Deze kunnen het beste worden weggeknipt, omdat ze de plant onnodig energie kosten. Controleer ook op schimmels, vooral aan de basis van de stengels. Mocht je schimmel ontdekken, verwijder dan de aangetaste delen en zorg voor betere ventilatie en minder vocht.

Wees geduldig. Het kan er soms uitzien alsof de plant dood is, met kale, houtige stengels. Dit is echter de normale toestand van een Pelargonium in diepe rust. Zolang de stengels stevig aanvoelen en niet papperig of verschrompeld zijn, is de plant nog in leven. De ware test komt in het voorjaar, wanneer de dagen langer en warmer worden en de plant weer tot leven gewekt wordt. Een succesvolle rustperiode is de investering meer dan waard.

De overgang naar het nieuwe seizoen

Het ‘wekken’ van de franse geranium in het voorjaar is een geleidelijk proces dat niet overhaast moet worden. Vanaf eind februari of begin maart, wanneer het licht intenser wordt en de dagen langer worden, kan de plant naar een iets warmere en lichtere plek worden verplaatst. Dit is het signaal voor de plant om langzaam uit haar ruststand te komen. Begin op dit moment ook de watergift voorzichtig op te voeren. De grond mag nu weer constant licht vochtig gehouden worden, maar vermijd nog steeds doorweekte grond.

Dit is ook het perfecte moment voor een voorjaarssnoei en eventueel verpotten. Inspecteer de plant op eventuele dode of ingedroogde takjes die de winter niet hebben overleefd en snoei deze weg. Kort de overgebleven stengels eventueel nog iets verder in om een mooie, compacte en bossige groei te stimuleren. Haal de plant uit haar pot en geef haar verse, voedzame potgrond. Dit geeft een enorme boost voor het nieuwe groeiseizoen. De verse grond levert nieuwe voedingsstoffen en een betere structuur voor de wortelontwikkeling.

Wacht met het naar buiten verplaatsen van de plant tot het gevaar voor nachtvorst definitief geweken is, wat in onze streken meestal rond half mei (IJsheiligen) is. Voordat de plant haar definitieve zomerplek inneemt, moet ze ‘afgehard’ worden. Dit betekent dat je haar geleidelijk laat wennen aan de buitenomstandigheden. Zet de plant de eerste paar dagen slechts voor een paar uur buiten op een beschutte plek in de schaduw. Voer de duur en de blootstelling aan direct zonlicht gedurende een week of twee langzaam op, totdat de plant volledig gewend is aan het buitenleven.

Zodra de plant nieuwe, gezonde groei vertoont en de temperaturen het toelaten, kun je weer beginnen met bemesten. Start met een halve dosering en voer dit op naar de normale frequentie zodra de plant krachtig groeit. Dit zorgvuldige proces van het ontwaken en afharden voorkomt een schok voor de plant en zorgt voor een naadloze overgang van de winterrust naar een nieuw, glorieus bloeiseizoen. Een goed overwinterde franse geranium zal je belonen met een nog rijkere en spectaculairdere bloei dan het jaar ervoor.

 📷Velq1958CC BY-SA 3.0, via Wikimedia Commons

Dit vind je misschien ook leuk