Planten en vermeerderen van het portulakroosje

Het planten en succesvol vermeerderen van het portulakroosje is een lonend proces dat zelfs voor de beginnende tuinier goed te doen is. De sleutel tot succes ligt in het begrijpen van de basisbehoeften van deze zonminnende plant: warmte, licht en een uitstekend doorlatende grond. Of je nu kiest voor het zaaien van zaden of het planten van jonge zaailingen uit een tuincentrum, het juiste moment en de juiste methode zijn cruciaal. Het vermeerderen van deze plant is bovendien verrassend eenvoudig, waardoor je met slechts een paar ouderplanten je tuin kunt vullen met kleur of vrienden en familie kunt verrassen met zelfgekweekte stekjes. Deze gids neemt je stap voor stap mee door het proces van planten en vermeerderen, zodat je optimaal kunt genieten van deze vrolijke zomerbloeier.
De voorbereiding van de plantlocatie is de eerste en misschien wel de belangrijkste stap. Zoals eerder benadrukt, vereist het portulakroosje een plek in de volle zon. Daarnaast moet de grond licht en zanderig zijn. Als je te maken hebt met zware, kleiachtige tuingrond, is het essentieel om deze te amenderen. Werk enkele weken voor het planten een ruime hoeveelheid grof zand, perliet of fijn grind door de bovenste 15 tot 20 centimeter van de grond. Het toevoegen van een kleine hoeveelheid compost kan de bodemstructuur ook verbeteren, maar overdrijf dit niet, want te voedselrijke grond kan leiden tot meer bladgroei ten koste van de bloemen.
Bij het planten van jonge plantjes die je in een kwekerij of tuincentrum hebt gekocht, is timing van groot belang. Wacht tot alle gevaar voor nachtvorst geweken is, meestal na de IJsheiligen half mei. Acclimatiseer de planten geleidelijk aan de buitenomstandigheden door ze gedurende een week elke dag een paar uur langer buiten te zetten (‘afharden’). Maak een plantgat dat iets groter is dan de kluit, haal de plant voorzichtig uit de pot en plaats deze in het gat op dezelfde diepte als in de pot. Druk de aarde rondom de kluit zachtjes aan en geef na het planten eenmalig goed water om de wortels te helpen zich te vestigen.
De juiste plantafstand is ook een punt van aandacht. Hoewel je misschien de neiging hebt om de planten dicht op elkaar te zetten voor een snel, vol effect, is het beter om ze wat ruimte te geven. Een plantafstand van ongeveer 15 tot 20 centimeter is ideaal. Dit geeft elke plant voldoende ruimte om zich te ontwikkelen en zorgt voor een goede luchtcirculatie. Een goede luchtstroom is essentieel om de bladeren snel te laten drogen na een regenbui, wat de kans op schimmelziekten aanzienlijk verkleint. Na verloop van tijd zullen de planten zich uitspreiden en de ruimte tussen hen in opvullen, waardoor een prachtig, aaneengesloten bloementapijt ontstaat.
Vermeerdering door zaad
De meest gebruikelijke en voordelige manier om portulakroosjes te vermeerderen is door middel van zaad. De zaden zijn zeer fijn, bijna als stof, dus wees voorzichtig bij het openen van het zaadpakketje. Je kunt ervoor kiezen om de zaden binnenshuis voor te zaaien voor een eerdere bloei, of om ze direct in de volle grond te zaaien zodra de grond is opgewarmd. Voorzaaien binnenshuis geeft je een voorsprong op het seizoen en is aan te raden in klimaten met een kortere zomer. Begin hiermee ongeveer zes tot acht weken voor de laatste verwachte vorstdatum.
Voor het voorzaaien gebruik je zaaitrays of kleine potjes gevuld met een lichte, goed doorlatende zaai- en stekgrond. Maak de grond licht vochtig en strooi de zaden dun uit over het oppervlak. Het is belangrijk om de zaden niet met aarde te bedekken, omdat portulakroosjes lichtkiemers zijn; ze hebben licht nodig om te kunnen ontkiemen. Druk de zaden slechts heel lichtjes aan om goed contact met de grond te verzekeren. Dek de tray af met een doorzichtige plastic kap of huishoudfolie om een vochtige, kasachtige omgeving te creëren.
Plaats de zaaitray op een warme, lichte plek, bijvoorbeeld op een vensterbank op het zuiden of onder groeilampen. De ideale kiemtemperatuur ligt tussen de 21 en 24 graden Celsius. De kieming kan, afhankelijk van de omstandigheden, binnen één tot twee weken plaatsvinden. Zodra de zaailingen opkomen, verwijder je de plastic afdekking om de luchtcirculatie te bevorderen en schimmelgroei te voorkomen. Houd de grond licht vochtig maar niet doorweekt. Wanneer de zaailingen hun tweede set echte bladeren hebben ontwikkeld, kunnen ze worden verspeend naar individuele potjes.
Als je ervoor kiest om direct buiten te zaaien, wacht dan tot de grondtemperatuur constant boven de 15 graden Celsius is en alle gevaar voor vorst geweken is. Bereid het zaaibed voor door het onkruidvrij te maken en de bovenlaag licht los te harken. Strooi de zaden dun uit over het gewenste gebied en druk ze zachtjes aan. Geef voorzichtig water met een fijne broes om de zaden niet weg te spoelen. Houd het zaaibed licht vochtig tot de zaden ontkiemen. Dun de zaailingen indien nodig uit tot de aanbevolen plantafstand van 15-20 cm om overbevolking te voorkomen.
Vermeerdering door stekken
Een andere zeer effectieve en snelle methode om portulakroosjes te vermeerderen is door middel van stengelstekken. Dit is een uitstekende manier om je favoriete kleurvarianten te behouden en te vermenigvuldigen, aangezien stekken genetisch identieke klonen van de moederplant produceren. Deze methode kan gedurende het hele groeiseizoen worden toegepast, van de late lente tot de late zomer. Het enige wat je nodig hebt is een gezonde, volwassen moederplant en een scherp, schoon mes of een snoeischaar.
Neem stekken van ongeveer 8 tot 10 centimeter lang van de uiteinden van gezonde, niet-bloeiende stengels. Snijd de stengel net onder een bladknoop af. Verwijder voorzichtig de bladeren van de onderste helft van de stek, het deel dat in de grond of het water komt. Het verwijderen van deze bladeren voorkomt dat ze gaan rotten en stimuleert de wortelvorming op de knopen waar de bladeren zaten. Laat de stekken na het snijden een paar uur tot een dag op een droge, schaduwrijke plek liggen. Hierdoor kan de snijwond een beetje opdrogen en een calluslaagje vormen, wat de kans op rot verkleint.
De voorbereide stekken kunnen op twee manieren worden beworteld: in water of direct in de grond. Voor beworteling in water plaats je de onderste helft van de stekken in een glas of vaasje met een klein laagje water. Zorg ervoor dat alleen de kale stengel in het water staat en de resterende bladeren erboven hangen. Ververs het water om de paar dagen. Binnen een week of twee zul je de eerste worteltjes zien verschijnen. Zodra de wortels een paar centimeter lang zijn, kunnen de stekken worden opgepot in een goed doorlatende potgrond.
Voor beworteling direct in de grond, vul je een pot of tray met een vochtig, zanderig potmengsel. Maak met een potlood of stokje kleine gaatjes in de grond en steek de stekken hierin, ongeveer 2 tot 3 centimeter diep. Druk de grond rond de stekken zachtjes aan. Plaats de pot op een lichte, warme plek, maar vermijd direct zonlicht totdat de stekken geworteld zijn. Houd de grond licht vochtig. Binnen enkele weken zullen de stekken wortels hebben gevormd en nieuwe groei beginnen te vertonen, een teken dat de vermeerdering geslaagd is.
Zelfuitzaaiing en zaadwinning
Het portulakroosje heeft de neiging om zichzelf uit te zaaien, vooral in gunstige omstandigheden. Aan het einde van de bloeiperiode vormen de uitgebloeide bloemen kleine zaaddoosjes. Wanneer deze rijp zijn, barsten ze open en verspreiden ze de fijne zaden in de directe omgeving. Als de winter niet te streng is of als er een beschermende sneeuwlaag ligt, kunnen deze zaden de winter overleven en in het volgende voorjaar ontkiemen. Dit kan een leuke verrassing zijn, maar het betekent ook dat de plant zich onvoorspelbaar door de tuin kan verspreiden. De nieuwe planten die uit deze zaden groeien, zijn bovendien niet altijd kleurvast, vooral als je verschillende cultivars in de buurt hebt staan; je kunt dus een mix van kleuren en vormen verwachten.
Als je de controle wilt behouden of specifiek zaad wilt verzamelen van je favoriete planten, is het eenvoudig om zelf de zaden te oogsten. Houd de uitgebloeide bloemen in de gaten. Na een paar dagen vormt zich op de plaats van de bloem een klein, kegelvormig zaaddoosje. Wacht tot dit doosje van groen naar lichtbruin of geel verkleurt en droog aanvoelt. Dit is het teken dat de zaden binnenin rijp zijn. Wees er snel bij, want de doosjes springen gemakkelijk open bij aanraking.
Om de zaden te oogsten, knip je de rijpe zaaddoosjes voorzichtig van de plant af. Het is het handigst om dit boven een kom of een stuk papier te doen om de kleine zaden op te vangen. Breek de zaaddoosjes open boven de kom; de minuscule zwarte of grijze zaadjes zullen eruit vallen. Laat de verzamelde zaden nog een paar dagen op een droge, goed geventileerde plaats nadrogen om er zeker van te zijn dat al het vocht verdwenen is. Dit voorkomt schimmelvorming tijdens de opslag.
Bewaar de volledig gedroogde zaden in een papieren envelop of een klein glazen potje. Label de envelop duidelijk met de plantnaam, de kleur (indien bekend) en het oogstjaar. Bewaar de zaden op een koele, donkere en droge plaats, zoals een lade of een kast. Onder de juiste omstandigheden blijven de zaden van het portulakroosje meerdere jaren kiemkrachtig. In het volgende voorjaar heb je dan je eigen, gratis voorraad zaden om een nieuwe generatie van deze prachtige bloeiers te starten.