Share

Het water geven en bemesten van de engelentrompet

Een adequate watervoorziening en een uitgebalanceerd bemestingsprogramma zijn de pijlers onder een gezonde en uitbundig bloeiende engelentrompet. Deze planten staan bekend als grote drinkers en gulzige eters, vooral tijdens het actieve groeiseizoen in de zomer. Het niet voldoen aan deze hoge eisen zal onvermijdelijk leiden tot een teleurstellende groei, gele bladeren en een gebrek aan de zo gewenste spectaculaire bloemen. Het is een delicate balans: te weinig water veroorzaakt stress en verwelking, terwijl te veel water kan leiden tot de gevreesde wortelrot. Het beheersen van de kunst van het water geven en bemesten is daarom essentieel voor iedere Brugmansia-liefhebber die streeft naar een weelderige, tropische sfeer in de tuin.

De waterbehoefte van een engelentrompet is sterk afhankelijk van diverse factoren, zoals de grootte van de plant, de potmaat, de temperatuur, de hoeveelheid zonlicht en de luchtvochtigheid. Tijdens warme, zonnige zomerdagen kan een grote plant in een pot dagelijks, en soms zelfs tweemaal daags, water nodig hebben. De grote bladeren verdampen een enorme hoeveelheid vocht, wat snel moet worden aangevuld. Een duidelijk teken van watertekort is het slap hangen van de bladeren. Hoewel de plant zich meestal snel herstelt na een flinke watergift, is het beter om deze stress te voorkomen door de grond constant licht vochtig te houden.

De beste manier om te bepalen of de plant water nodig heeft, is door je vinger een paar centimeter diep in de potgrond te steken. Als de grond droog aanvoelt, is het tijd om water te geven. Geef bij voorkeur ’s ochtends of ’s avonds water, niet in de volle middagzon, om te snelle verdamping en verbranding van de bladeren te voorkomen. Geef grondig water, zodat de volledige wortelkluit doordrenkt is en het overtollige water via de drainagegaten weg kan lopen. Dit zorgt ervoor dat alle wortels worden bereikt en helpt bij het wegspoelen van eventuele opgehoopte zouten uit de meststoffen.

In de herfst en winter, wanneer de plant in rust gaat en de groei stagneert, moet de watergift drastisch worden verminderd. Tijdens de vorstvrije overwintering op een koele, lichte plek heeft de plant slechts af en toe een kleine hoeveelheid water nodig, net genoeg om te voorkomen dat de wortelkluit volledig uitdroogt. De grond mag tussen de gietbeurten door gerust wat opdrogen. Een te natte grond in de winter is de meest voorkomende oorzaak van het wegrotten van de wortels en het afsterven van de plant tijdens de rustperiode.

De juiste meststof kiezen

De engelentrompet is een hongerige plant die voor een optimale groei en bloei een constante toevoer van voedingsstoffen nodig heeft. Een evenwichtige, wateroplosbare meststof is ideaal, omdat deze direct beschikbaar is voor de plant. Zoek naar een meststof met een relatief hoge NPK-waarde, de verhouding tussen stikstof (N), fosfor (P) en kalium (K). In het begin van het groeiseizoen kan een meststof met een hoger stikstofgehalte de ontwikkeling van bladeren en stengels bevorderen. Zodra de plant goed aan de groei is en de bloeiperiode nadert, kan worden overgeschakeld op een meststof met een hoger fosfor- en kaliumgehalte om de knopvorming en bloei te stimuleren.

Naast de NPK-verhouding is het ook belangrijk dat de meststof sporenelementen bevat, zoals ijzer, magnesium en mangaan. Deze micronutriënten zijn in kleinere hoeveelheden nodig, maar zijn absoluut essentieel voor diverse fysiologische processen in de plant, zoals de aanmaak van bladgroen (chlorofyl). Een tekort aan deze elementen kan leiden tot specifieke symptomen, zoals vergeling van de bladeren (chlorose), en de algehele gezondheid van de plant aantasten. Een kwalitatief hoogwaardige kuipplantenmeststof bevat doorgaans al deze benodigde elementen in de juiste verhouding.

Er zijn zowel vloeibare als vaste meststoffen beschikbaar. Vloeibare meststoffen worden opgelost in het gietwater en bieden een snelle, directe voedingsboost. Dit is ideaal tijdens het hoogtepunt van het groeiseizoen, wanneer de plant een grote behoefte heeft. Langzaam vrijkomende mestkorrels, die bij het verpotten door de grond gemengd kunnen worden, bieden een meer geleidelijke en langdurige afgifte van voedingsstoffen. Een combinatie van beide kan zeer effectief zijn: een basisbemesting met korrels in het voorjaar, aangevuld met regelmatige vloeibare bemesting tijdens de zomer.

Biologische alternatieven, zoals compostthee of vloeibare mest van bijvoorbeeld vinasse, zijn ook uitstekende keuzes voor de Brugmansia. Deze voeden niet alleen de plant, maar verbeteren ook het bodemleven en de structuur van de potgrond. Het is belangrijk om altijd de instructies op de verpakking van de meststof te volgen. Overbemesting kan namelijk net zo schadelijk zijn als een tekort aan voeding en kan leiden tot verbranding van de wortels en ophoping van zouten in de potgrond.

Het bemestingsschema per seizoen

Het bemestingsschema voor een engelentrompet moet worden aangepast aan de seizoenen en de groeifase van de plant. In het vroege voorjaar, wanneer de plant uit haar winterrust ontwaakt en de eerste nieuwe groei verschijnt, kan voorzichtig worden gestart met bemesten. Begin met een halve dosering van een stikstofrijke meststof om de ontwikkeling van nieuwe scheuten en bladeren te ondersteunen. Voer de frequentie en de concentratie geleidelijk op naarmate de plant groter wordt en de temperaturen stijgen.

Tijdens de zomermaanden, de piek van het groeiseizoen, is de voedingsbehoefte van de Brugmansia enorm. In deze periode kan, afhankelijk van de grootte en de groeikracht van de plant, wekelijks bemest worden met een meststof die rijk is aan fosfor en kalium om een uitbundige bloei te bevorderen. Sommige kwekers bemesten zelfs bij elke watergift, maar dan in een veel lagere concentratie. Het is cruciaal om de plant goed te observeren; gezonde, diepgroene bladeren en een overvloed aan bloemknoppen zijn tekenen dat het bemestingsregime adequaat is.

Naarmate de herfst nadert, vanaf eind augustus of begin september, is het tijd om de bemesting af te bouwen. De groei van de plant vertraagt en ze begint zich voor te bereiden op de winterrust. Het geven van te veel stikstof in deze periode kan leiden tot de aanmaak van zachte, waterige scheuten die gevoelig zijn voor vorst en schimmels. Verminder de frequentie van het bemesten naar eens in de twee of drie weken en stop er volledig mee zodra de plant naar haar winterverblijf wordt verplaatst.

Gedurende de winter, wanneer de plant in rust is, mag er absoluut niet bemest worden. De stofwisseling van de plant staat op een zeer laag pitje en ze kan de aangeboden voedingsstoffen niet opnemen. Het toedienen van mest in deze periode zal alleen maar leiden tot een ophoping van zouten in de potgrond, wat de wortels kan beschadigen en de plant kan verzwakken. De bemesting wordt pas weer hervat in het volgende voorjaar, wanneer de nieuwe groei zich aandient.

Speciale voedingsoverwegingen

Soms kan een engelentrompet, ondanks een regelmatig bemestingsschema, toch tekenen van een specifiek voedingstekort vertonen. Een veelvoorkomend probleem is ijzerchlorose, waarbij de jonge bladeren geel worden terwijl de nerven groen blijven. Dit wordt vaak veroorzaakt door een te hoge pH-waarde (kalkrijke grond of hard gietwater), waardoor de plant geen ijzer kan opnemen, zelfs als het in de grond aanwezig is. Een speciale ijzerchelaat meststof kan hier een snelle oplossing bieden. Het gebruik van regenwater in plaats van hard kraanwater kan dit probleem op de lange termijn helpen voorkomen.

Magnesiumtekort is een ander probleem dat kan optreden, herkenbaar aan geelverkleuring tussen de nerven van de oudere, onderste bladeren, vaak in een V-vorm. Dit kan worden verholpen door het toedienen van bitterzout (magnesiumsulfaat), opgelost in water. Een eetlepel per vijf liter water is doorgaans voldoende. Dit kan zowel via het gietwater als via een bladbespuiting worden toegediend voor een sneller effect. Een goede kuipplantenmeststof bevat normaal gesproken voldoende magnesium, maar bij snelgroeiende planten kan soms toch een tekort ontstaan.

Het is aan te raden om de potgrond af en toe door te spoelen met schoon water. Dit proces, ook wel ‘flushen’ genoemd, helpt om overtollige zouten die zich door de bemesting hebben opgehoopt, uit de grond te verwijderen. Een teveel aan zouten kan de wortels beschadigen en de opname van water en voedingsstoffen belemmeren. Geef de plant een grote hoeveelheid water, laat dit volledig door de pot lopen en herhaal dit proces een paar keer. Doe dit bij voorkeur midden in de zomer, op een moment dat de plant snel kan opdrogen.

Houd altijd de algehele conditie van de plant in de gaten als leidraad voor je bemestingsstrategie. Een plant die er gezond en vitaal uitziet, met donkergroene bladeren en een goede bloei, krijgt waarschijnlijk precies wat ze nodig heeft. Wees voorzichtig met het plotseling drastisch veranderen van het bemestingsregime. Pas de voeding geleidelijk aan op basis van de behoeften van de plant en de veranderingen in het seizoen, en je zult worden beloond met een spectaculaire en gezonde engelentrompet.

Waterkwaliteit en het effect ervan

De kwaliteit van het water dat je gebruikt, kan een aanzienlijke invloed hebben op de gezondheid van je engelentrompet. Hard water, dat rijk is aan calcium- en magnesiumcarbonaten, heeft een hoge pH-waarde. Bij langdurig gebruik kan dit de zuurgraad van de potgrond verhogen, waardoor bepaalde voedingsstoffen, met name ijzer en mangaan, minder goed beschikbaar worden voor de plant. Dit kan leiden tot de eerder genoemde ijzerchlorose, zelfs als je een uitgebalanceerde meststof gebruikt. De plant kan de benodigde voedingsstoffen simpelweg niet opnemen uit de grond.

De ideale waterbron voor Brugmansia, en voor veel andere kuipplanten, is regenwater. Regenwater is van nature zacht, licht zuur en vrij van de mineralen die problemen kunnen veroorzaken. Het verzamelen van regenwater in een regenton is een eenvoudige en duurzame manier om je planten van het beste water te voorzien. Als je geen toegang hebt tot regenwater, kun je kraanwater eventueel ontharden door het te koken of door een waterontharder te gebruiken, hoewel dit voor grote hoeveelheden water onpraktisch kan zijn.

Een andere strategie om de effecten van hard water tegen te gaan, is door de potgrond periodiek licht aan te zuren. Dit kan door het gebruik van meststoffen die speciaal zijn ontwikkeld voor zuurminnende planten, zoals hortensia’s of rododendrons, of door af en toe een kleine hoeveelheid azijn of citroensap aan het gietwater toe te voegen. Wees hier echter zeer voorzichtig mee en gebruik slechts een zeer lage concentratie, bijvoorbeeld een theelepel azijn op tien liter water, om de wortels niet te beschadigen.

De temperatuur van het water is ook van belang. Het gebruik van ijskoud water kan een schok veroorzaken voor het wortelstelsel, vooral op een warme dag. Dit kan de groei tijdelijk remmen. Het is het beste om water te gebruiken dat op kamertemperatuur is. Als je een tuinslang gebruikt die lang in de zon heeft gelegen, laat deze dan eerst even doorlopen, omdat het water in de slang extreem heet kan zijn. Aandacht voor de kwaliteit en temperatuur van het water is een detail dat op de lange termijn een groot verschil kan maken voor de vitaliteit van je plant.

Dit vind je misschien ook leuk